Skip to main content

Aan Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten van de Provincie Zuid-Holland

Den Haag 4 juli 2017,

Geachte leden van de Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten,

Als het bevoegd gezag in het kader van de Wet natuurbescherming dient u te zijner tijd een uitspraak te doen over een aanvraag van de gemeente Den Haag in het kader van het wegbestemmen en laten bebouwen van een stuk duinbos van 0,6 ha ten behoeve van een voorgenomen uitbreiding van Madurodam. Nog afgezien van de volgens ons volstrekt onaanvaardbare bestemmingswijziging van dit in het bestemmingsplan van 1992, en nog eens bijzonder recent in april 2013 in de beheersverordening volledig herbevestigd, als Groen – Park 2 bestemde duinbos, gaat het ook om het volledig ontbreken van de in de Wet natuurbescherming vastgelegde plicht tot compensatie van het bos. De in het voorgenomen raadsbesluit als zodanig genoemde locatie, een groen talud van het St Hubertusviaduct, is op geen enkele manier als een herbeplanting op andere grond zoals vastgelegd in artikel 4.5 van de Wet natuurbescherming aan te merken. In uw Verordening uitvoering Wet natuurbescherming Zuid-Holland is in artikel 7.3 onder punt a. vastgelegd dat het daarbij om grond moet gaan die onbeplant is. Het betreffende talud is echter een als zodanig ook in de beheersverordening vastgelegd groengebied en met gras en bomen in feite volledig beplant. Het talud staat zelfs te boek als een ecologische verbinding.

Dat maakt op zichzelf al duidelijk dat dit gebied niet voldoet aan de eisen van uw verordening en een toestemming van de houtkap dus niet aan de orde kan zijn. Toch antwoordde wethouder Revis, namens het College van B&W van Den Haag, op vragen daarover vanuit de raadscommissie Ruimte dat een en ander ambtelijk met de Provincie was afgestemd, zoals in het concept-verslag staat: “Ambtelijk is overigens al overleg geweest en daarbij is gebleken dat het een denkbare oplossing is”.

Wij kunnen ons dit niet voorstellen. De inkt van uw verordening is amper droog en u zou deze negeren? Wij verzoeken u om per omgaande aan de Haagse gemeenteraad duidelijk te maken dat dat niet het geval zal zijn.

Overigens antwoordde de wethouder ook dat, indien door realisatie van de voorstellen van de denktank Scheveningse Bosjes die in september a.s. verwacht worden, dit talud niet als compensatie beschikbaar is, er op een andere manier voor compensatie zal moeten worden gezorgd. Over een duurzaam gebruik van de aanvullende beplanting op deze locatie is dus ook geen zekerheid.

Bovendien is van belang dat die voorstellen van de denktank niet alleen de schijn-compensatie onmogelijk maken, het talud zal dan worden afgegraven, maar ook een beter alternatief bieden voor uitbreiding van Madurodam. Die afgraving is dan namelijk nodig voor een ondertunneling van (delen van) het Telderstracee, sowieso uitermate positief voor natuur en recreatie, maar maken uitbreiding van Madurodam aan de voorkant nog beter mogelijk. Een uitbreiding, waarvoor wij op zichzelf zeker begrip hebben, die dan niet ten koste gaat van het duinbos.

Zou u, in strijd met de wet en uw eigen verordening, toch dit talud als herplantingsgebied accepteren, dan tast u de Scheveningse Bosjes niet alleen aan door het laten kappen van 6.000 m2 duinbos, maar maakt u, wanneer die herplanting wel duurzaam moet blijven, in feite ook deze ondertunneling en daarmee belangrijke verbeteringen in het gebied onmogelijk.

Al met al voldoende reden om de besluitvorming uit te stellen, maar zeker ook om als Provincie Zuid-Holland de eigen verordening uitvoering Wet natuurbescherming Zuid-Holland hanterend, deze voorgestelde compensatie af te wijzen.

Hoogachtend,
Bewonersgroep Stop Boskap Madurodam
Bomenstichting Den Haag
Stichting SOSdenhaag