De laatste jaren herbergt de gemeente Den Haag grote groepen Halsbandparkieten. In de winter 2012-2013 zijn er ca. 4000 exemplaren geteld (SOVON-rapport 2013/18). Sinds het najaar van 2007 verblijven ze o.a. in de kastanjes langs de Hofvijver en op het eiland. Ze brengen grote schade toe aan de bomen, doordat ze de knoppen (van bloem en blad) eruit pikken. Hadden ze aanvankelijk voorkeur voor kastanjebomen, in het voorjaar van 2014 bleken ook de linde en de iep slachtoffer te worden. De scheuten groeien nauwelijks meer uit. Vele bomen komen daarna niet meer of nauwelijks in blad of bloei. Als gevolg daarvan komen er onvoldoende voedingsstoffen van blad naar de rest van de boom. De meeste kastanjes langs de Hofvijver kwamen nauwelijks nog in blad. Deze kastanjes hadden ook last van de kastanjebloedingsziekte maar dankzij de bodemverbetering waren ze weer opgeleefd. Door de vraatzucht van de Halsbandparkiet gingen ze echter in vitaliteit zodanig achteruit dat de Adviesraad Monumentale Bomen heeft geadviseerd om deze rij gefaseerd te rooien, omdat ze een gevaar gingen opleveren voor de wandelaars. De Adviesraad heeft de winterlinde als vervangende soort aanbevolen. G.J. van Prooijen heeft een inventariserend onderzoek geschreven over de schade door halsbandparkieten.